De resultaten van het DISTRICTS-onderzoek – een grootschalige zorgevaluatiestudie naar het carpaletunnelsyndroom (CTS) – zijn gepubliceerd in The Lancet. Deze studie werd uitgevoerd in 31 Nederlandse ziekenhuizen en werd gecoördineerd vanuit Amsterdam UMC. De DISTRICTS is de eerste zorgevaluatie binnen de neurologie die voortgekomen is uit een gezamenlijk geprioriteerde kennisvraag.
Studie
CTS komt jaarlijks bij circa 30.000 Nederlanders voor en veroorzaakt klachten als tintelingen, gevoelloosheid en pijn in de hand. De studie vergeleek twee behandelstrategieën: een operatie of een injectie met corticosteroïden. In totaal deden 934 patiënten mee aan de studie, deze patiënten zijn anderhalf jaar gevolgd.
Resultaten: wat is de beste eerste behandeling?
De belangrijkste conclusie: starten met een operatie biedt een grotere én snellere kans op herstel dan beginnen met een injectie, zelfs als er later aanvullende behandelingen volgen. Na anderhalf jaar was 61% van de patiënten in de operatiegroep hersteld, tegenover 45% in de injectiegroep. Ook waren patiënten in de operatiegroep tevredener over hun behandeling.
Belang voor de praktijk
De resultaten hebben naar verwachting impact op de aanbeveling in de richtlijn én de dagelijkse praktijk. Het DISTRICTS-onderzoek onderstreept daarmee het belang van zorgevaluatie op basis van vragen uit het veld. Het geeft ook aan hoe gezamenlijke prioritering leidt tot onderzoek dat direct toepasbaar is in de praktijk.“Deze studie geeft duidelijkheid over de meest effectieve behandeling voor CTS en helpt patiënten en artsen een betere keuze te maken,” aldus hoofdonderzoeker en neuroloog Camiel Verhamme.
Lees het artikel uit The Lancet.
Bron: website Amsterdam UMC
